vrijdag 24 februari 2017

Cécile - Ish Ait Hamou


Manteau, 2015
368 p.

Van de achterflap:

Djibril is elf en droomt van de wereld buiten zijn kleine dorp in het diepe zuiden van Marokko. Door zijn nieuwsgierigheid en zijn kinderlijk enthousiasme krijgt zijn leven een onverwachte wending. Niet alleen zijn eigen leven wordt door deze schokkende gebeurtenis overhoopgehaald, ze heeft ook invloed op het leven van zijn familie en van een aantal mensen die hij nooit eerder heeft ontmoet.

Het enige wat Djibril twaalf jaar later nog verbindt met zijn zonovergoten geboorteplaats zijn de kleren die hij droeg en een verhakkelde foto die toebehoorde aan zijn oudere broer Kareem. Een onduidelijke krabbel op die foto leidt hem naar een adres in Parijs, waar hij kennismaakt met de jonge vrouw Cécile. De Française intrigeert hem, maar ze is nauwer vervlochten met zijn leven dan hij kan vermoeden.

Hoe meer hij Cécile bezoekt, hoe meer Djibril verwikkeld raakt in haar duistere kwellingen. De kans wordt steeds kleiner dat hij zijn thuis en familie ooit nog terugziet.

Oh boy... Er is echt zóveel verkeerd aan dit boek. En wie dat niet kan/wil inzien na het lezen, is echt iemand die niet kritisch naar de dingen kijkt of gewoon met oogkleppen op zit.

Dit onding van een boek wordt zowat overal bejubeld, maar ik vrees dat dat meer voor de figuur van Ish Ait Hamou is dan voor zijn literaire kwaliteiten...

Ik zal maar meteen met de deur in huis vallen over wat mij het meest stoorde aan deze verspilling van papier: ik kan echt naar eer en geweten geen boek op een positieve manier gaan promoten waarin elke vrouw die geen moeder(figuur) is, letterlijk een hoer is. Is dat hoe de denkwereld van Ish er uitziet? Laag hoor, heel laag...

Maar vooraleer ik tot die conclusie kwam, was er al een hele waslijst aan ergernissen gepasseerd, want hij kan écht niet schrijven.

Enkele jaren geleden probeerde ik zijn debuut Hard hart te lezen en dat heb ik nadat ik me door zowat 75% van het boek had zitten worstelen, gewoon uit mijn leven gebannen. Zowel bij Hard hart als bij Cécile had ik het gevoel de schrijfsels van een zeventienjarige met te hoog gegrepen auteursambities te zitten lezen. Gekrabbel zonder enige diepgang, met in zijn ogen waarschijnlijk briljante plottwists in het verhaal.

Het deed met momenten pijn aan mijn ogen om bepaalde dingen te lezen, gewoon omdat dit als een goeie vondst werd beschouwd (dat was het niet) of omdat er flagrante fouten gemaakt werden (slechts enkele voorbeelden, anders wordt dit bericht hier langer dan het boek zelf):

- twee keer wordt er over "gefermenteerde druiven" gesproken als er simpelweg wijn bedoeld wordt. Dat is gewoon onnozel, niet meer of minder.

- drie maal wordt het werkwoord jagen in de verleden tijd jaagde, een vorm die je enkel gebruikt als je letterlijk gaat jagen, anders moet je joeg gebruiken. Dat werkt op de zenuwen, zeker als het herhaaldelijk voorvalt.

- hij maakt vergelijkingen die absoluut geen steek houden, bv. op p. 31: "De maan, die zich minder dictatoriaal opstelde dan de zon, nodigde de dorpelingen uit om hun bed op te zoeken." - Waar slaat dit eigenlijk op? Dichterlijke vrijheid wil ik het echt niet noemen...

- of op p. 46: "Voor de wolk uit reed een dapper wit Suzuki-busje." - Sinds wanneer is dapper zijn een eigenschap van auto's?

- p. 175: "Het was een heel rijke man met een heel arm hart." - Dit is gewoon een gruwelijk slechte zin.

- laatste voorbeeld, maar echt één waar ik onnozel van werd: hoofdpersonage Djibril wordt op een bepaald moment met een andere jongen geconfronteerd die op p. 137 "een vrij donkere huid" heeft. Op p. 142 heeft diezelfde jongen ineens "dunne, bleke armen". Continuïteit is Ish blijkbaar vreemd. En ja, ik val over zo'n dingen.

Ish zit in het boek ook geregeld door te drammen over hoe de wereld er volgens hem moet uit zien (dat hij die woorden in de mond van verschillende personages legt, doet niets af aan het feit dat het zijn woorden zijn) en op twee plekken in het boek heeft hij overduidelijk eerst wat op Wikipedia zitten lezen vooraleer hij dat fragment neerpende, het is iedere keer een enorme stijlbreuk. Of weet hij zelf ineens zoveel af van het verbouwen van gewassen of hoe hoog/laag welke waarden in je bloed moeten staan om te weten of iemand aids heeft of niet?

En dan zijn er nog een pak dingen in het verhaal zelf waarbij ik niet anders kon dan met mijn ogen zitten rollen - mijn excuses aan wie het boek nog niet gelezen heeft, maar dit onding verdient geen spoilervrije bespreking:

Het begon al op het eerste bladzijde, waar het hoofdpersonage Djibril zijn moeders gezicht voor de allereerste keer zag toen hij uit haar naar buiten kwam. Ik dacht dat het algemeen geweten was dat baby's bij de geboorte niet kunnen zien, hoe kan special snowflake Djibril dan ineens het gezicht van zijn moeder zien?

Ik gebruik de term "special snowflake" trouwens niet lichtzinnig, Djibril wordt de hele tijd beschreven als zijnde speciaal, oprecht, ingetogen, een leidersfiguur, maar nergens krijgen we daar ook het bewijs van, het wordt ons steeds GEZEGD. En sorry, maar ik geloof meer in daden dan woorden. Als Djibril geen dingen doet die overeenkomen met de eigenschappen die hem worden toegeschreven, kan ik het moeilijk geloven. Deze omschrijvingen komen trouwens steeds voor bij mensen die Djibril voor de eerste keer zien, ze worden dan getroffen door zijn kwaliteiten, enkel door naar hem te kijken. Compleet ongeloofwaardig.

Voorbeeldje:
"De mannen ... moesten nu toegeven dat hij ervaring en maturiteit bezat en een geboren leider was." (p. 195) - Dit wordt echt niet duidelijk door het voorgaande, dit zit enkel in het hoofd van degene met de pen.

Ish Ait Hamou stuurt zijn lezers ook door dingen te suggereren die daarvoor nooit vernoemd werden in het verhaal:

- p. 165: "Als er één ding was dat hij vandaag geleerd had, dan was het wel dat hij niemand kon vertrouwen." - Excuseer, maar tot op dat moment heeft iedereen die Djibril op zijn weg tegenkwam, hem geholpen, zelfs op gevaar van eigen leven. Waar haal je het dan vandaan om te zeggen dat hij niemand kan vertrouwen?

- p. 303: "Waarom ben je niet teruggegaan naar je dorp, zoals je altijd zei dat je wilde doen?" - Dit is de eerste keer in het boek (op zo'n 60 pagina's van het einde) dat deze wens wordt geuit, daarvoor was er nooit ergens sprake van. Lazy writing...

Ook het feit dat een foto, waarmee je eerst uren in zee hebt gelegen en daarna door stoffige straten hebt gesloft, na al die jaren nog met duidelijk leesbaar adres uit een oude broek opduikt is te hilarisch voor woorden, maar wel nodig om de tweede helft van het verhaal te vertellen (waar ik zéker zonder had gekund).

Bovendien tart het hele einde waar hij door enkel zijn levensverhaal aan een douanebeambte te vertellen, zomaar door mag zonder paspoort of papieren, werkelijk elke verbeelding. Wat voor een incompetente lummel laat iemand door omdat die gewoon een mooi verhaaltje vertelt? En dan moet Djibril ook nog beloven dat hij nooit meer terug zal komen. Alstublieft...

Tot slot nog twee dingen die mij meer dan al de rest tegen de borst stuitten:

- Tot twee maal toe zien we het liefde op het eerste gezicht-cliché in het boek: Kareem, de grote broer van Djibril, is van het moment dat hij Cécile ziet, compleet van zijn melk. Tot daar aan toe, maar die twee spreken elkaars taal niet en staan elkaar op dag twee al af te lekken in een nis tussen de huizen in zijn dorp, terwijl hij een getrouwde man is! Het is ook voor deze Cécile - die hij dus slechts 2 dagen gezien heeft en waarmee hij geen enkel deftig gesprek had - dat hij een jaar later illegaal het land wil uitvluchten om haar in Parijs te gaan zoeken. Dit loopt echter verkeerd af en het is de twaalfjarige Djibril die als verstekeling in Spanje zal toekomen. Wanneer Djibril dan twaalf jaar later in Parijs terecht komt en Cécile vindt, wordt hij ook meteen op haar verliefd, zonder dat hij al een woord tegen haar gezegd heeft. Straffe madam die Cécile...

- Djibril is overduidelijk een stalker met een messiascomplex (hoe hij ook door Ish wordt opgehemeld in het boek) en dat komt heel goed naar voor in de laatste twee delen wanneer hij bij Cécile aankomt. Voor alle duidelijkheid: Cécile is nergens, op geen enkel moment verliefd op Djibril, ze ziet hem meer als een klein broertje. Maar tóch blijft hij bij haar langskomen en haar lastig vallen, zelfs als ze aangeeft dat hij haar met rust moet laten.

Wat uit zinnen als de volgende blijkt:
- "... ondanks Djibrils niet aflatende steun was Cécile alleen maar dieper weggezakt in het moeras van haar verslaving. Zijn goede bedoelingen en liefde konden niet op tegen de macht van de drugs." (p. 269)
- "Het dagelijkse komen en gaan van de klanten, dat ondanks al zijn pogingen om hen weg te houden gewoon bleef doorgaan." (p. 271)
- "... verlangde hij vurig naar de dag dat Cécile zou inzien wat hij voor haar kon betekenen." (p. 272)
- "Op die momenten, wanneer ze sliep, voelde hij zich het meest met haar verbonden. Ze hoefde niets te zeggen, niets te doen. het feit dat ze er zonder meer was, gaf zin aan zijn leven." (p. 295)
- "Inderdaad, zo heb ik dat beslist." (p. 305, Djibril heeft al de spullen van Cécile naar zijn appartement verhuisd, zodat ze wel met hem mee móet gaan wanneer ze uit het ziekenhuis komt)

Griezelige vent!!!

Nee, dit boek heeft niets, maar dan ook niets, waar ik enige kwaliteit of verzachtende omstandigheden in kon vinden...

Waarom heb ik het dan gelezen? Omdat het in mijn leesgroep voor de maand februari werd gekozen. Ik vind het dan ook maar fair dat ik het, zelfs al staat het mij niet aan, helemaal uitlees.

En deze hele tirade was nodig om het uit mijn systeem te krijgen en ook om wat weerwerk te bieden aan al die fangirls van Ish die het boek als het summum van literatuur beschouwen.

DIT IS GEEN LITERATUUR. PUNT.

1 ster op Goodreads en dat is hiervoor nog te hoog gegrepen, maar je kan daar geen nul geven, hoe spijtig het ook is...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten